Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Warenwet

 

Artikel 22
1
Bij een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in de artikelen 4 tot en met 13 kan worden bepaald dat het bestuur van een bedrijfslichaam als bedoeld in artikel 66, vierde lid, van de Wet op de bedrijfsorganisatie nadere regels kan dan wel moet stellen of andere besluiten kan dan wel moet nemen.
2
Een krachtens toepassing van het vorige lid vastgestelde verordening behoeft de goedkeuring van Onze Minister. Krachtens de verordening vastgestelde nadere voorschriften en genomen besluiten behoeven eveneens zodanige goedkeuring voor zover zulks bij de betrokken algemene maatregel van bestuur is bepaald. Onze Minister neemt een besluit over de goedkeuring in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken en, ingeval de verordening betrekking heeft op produkten van de landbouw of de visserij, Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
3
Een krachtens toepassing van het eerste lid vastgestelde verordening is verbindend voor een ieder, voorzover daarin niet anders is bepaald.
4
In een algemene maatregel van bestuur waarbij toepassing wordt gegeven aan het eerste lid, onder a, kan artikel 16, eerste tot en met vijfde lid, met betrekking tot nadere regels die krachtens die maatregel worden gesteld, van overeenkomstige toepassing worden verklaard, met dien verstande dat de bevoegdheid tot verlening van vrijstelling of ontheffing, als in dat artikel bedoeld, met betrekking tot zodanige regels komt te berusten bij een bestuursorgaan, daartoe bij de maatregel aangewezen.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •